janru
erdoo
sterh
aven.


De ImproMachine

Dit verhaal gaat over de ImproMachine (also known as John). De machine is bedacht, ontworpen en gebouwd door Jan Ruerd Oosterhaven, musicus, denker, instrumentbouwer, beeldend kunstenaar, computerprogrammeur. Als interdisciplinair kunstenaar onderzoekt hij de ruimte die bestaat tussen de categorieën waarin wij onze werkelijkheid hebben ingedeeld. Als docent Vrije Improvisatie aan het Prins Claus Conservatorium in Groningen, stelt hij de vraag wat ‘muziek’ is, voorbij de vorm die wij er, binnen culturele voorwaarden, keuzes en beperkingen aan hebben gegeven. Behalve over een improvisatiemachine, gaat dit verhaal dus ook over een zoektocht naar de oorsprong, de kracht en de betekenis van muziek.

Wat is muziek?
Laat muziek zich in een definitie vangen? Is de ultieme vorm van muziek de perfecte uitvoering van Mozart, Beethoven of Bach? Zijn het de eigentijdse composities? Is het veeleer de vrije jazz? Is de jazz nog werkelijk vrij? Hoe absoluut zijn de muzikale uitgangspunten zoals wij die in het Westen hebben geformuleerd? Wat is muziek: zijn het de vrije klanken van het orkest dat nog aan het stemmen is, of de gedresseerde klanken van de partituur? Als muziek een taal is, is die taal dan af? Bestaat er een mogelijkheid om het ‘tussentalige’ op te zoeken? De vraag naar een definitie van muziek, zegt Jan Ruerd, is in zichzelf al strijdig met het wezen van muziek als vitale, zich telkens vernieuwende energie. Alle muzikale vormen zijn mogelijkheden die voortkomen uit een open ruimte, waarin nog onnoemelijk veel andere mogelijkheden bestaan. De kracht van alle muziek, oude en nieuwe, westerse en niet-westerse, ligt in het openen van - en de dialoog met die vitale ruimte. Vanuit deze visie nodigt hij musici uit alle disciplines uit om, vrij van pre-aannames, de sprong in de leegte te maken. Hij biedt ze de gelegenheid om het concept ‘muziek’ opnieuw te bevragen en de eigen muzikaliteit te benaderen als scheppende kracht. Daartoe ontwikkelde hij een improvisatievorm waarbij de bestaande muzikale standaards worden opengebroken en dit motto leidend is: alles is muziek.

John
Essentieel onderdeel van deze improvisatievorm is de ImproMachine. Het is een metalen kastje van 26 x 15 x 9 cm met daarop 4 hoofdbuttons in de kleuren zwart, wit, rood en blauw, een draaiknop, en een digitaal scherm waarop letters, cijfers en codes verschijnen. In het kastje is een database geprogrammeerd van een oneindig aantal uitgangspunten die een muzikale energie op gang kunnen brengen. De machine kreeg de naam John, naar inspirator John Cage. Door John in het leven te roepen, creëerde Jan Ruerd een speelveld waarbinnen de deelnemers op een zo vrij mogelijke manier tot een muzikale dialoog kunnen komen. John is de spelleider. Hij knoopt de verschillende uitgangspunten op basis van toeval aan elkaar en bepaalt zo de kaders waarbinnen gespeeld wordt: het aantal muzikanten, een set noten, een soundtrack, variërend van een bekend muzikaal thema tot de geluiden van een bouwplaats, en een aanleiding of thema, dat poëzie kan zijn, een beeld of een enkel woord. John kan ook realtime grafische notaties genereren en richting geven aan het spel. Iedere combinatie van gegevens is mogelijk. John oordeelt niet. Het muzikale onderzoek staat centraal, alles mag; het spel is belangrijker dan de perfecte stilistische uitkomst. Als men John niet meer nodig heeft, brengt men hem tot zwijgen. En af en toe zegt John: Thank you.

Ruimte en begrenzing
Het concept van de ImproMachine is gestoeld op de idee dat de beperking het beginpunt van alle kunst is; zij geeft richting aan een energiestroom en schept een moment in ruimte en tijd, waaraan wij betekenis toedichten. Het is de begrenzing die de leegte tot zinvolle ruimte maakt. Anders gezegd: de begrenzing genereert motivatie en geeft zin aan de eerste gespeelde noot. De musicus, zegt Oosterhaven, is de beheerder van zowel de toevoer als de grenzen. De grenzen zijn fluïde, veranderlijk; iedere uiting die wij als kunstvorm herkennen, is het tijdelijk resultaat van een oneindig proces van stromen en begrenzen. De perfecte vorm is nu, in plaats van de spiegel van een vooropgezette standaard, het moment waarop er werkelijk levende betekenis ontstaat uit de chemie tussen speler, ruimte en begrenzing en tussen luisteraar en spel.

Iteraties
Het werken met de ImproMachine brengt bij de deelnemende musici het creatief proces op gang en maakt voor hen inzichtelijk hoe dit proces werkt. Gedurende een aantal ‘iteraties’, opeenvolgende sessies, boren ze hun eigen muzikaliteit aan; in een reflectie op hun ervaringen worden ze zich van die muzikaliteit bewust. In de loop van de tijd bouwen ze een database op van mogelijkheden waaruit ze kunnen putten; zo verrijken ze hun muzikale taal. Uiteindelijk kunnen ze onafhankelijk van de ImproMachine hun eigen uitgangspunten formuleren; hun eigen stroom op gang brengen. De ervaring is, juist door het tijdsverloop, een doorleefde ervaring geworden. Door hun vraag naar het wezen van muziek keer op keer te laten weerklinken in door toeval ontstane muzikale vormen, hebben de spelers hun eigen - voorlopige - antwoord geformuleerd.

Met behulp van de ImproMachine, zegt Jan Ruerd Oosterhaven, span ik een membraan, waarop ongekende klank gaat resoneren. Voor professionele musici betekent dit een uitbreiding van de axioma’s van hun muzikale reis: het openen van vitale ruimte en het herkennen van oneindige mogelijkheden tot vernieuwing.

Tekst geschreven door Janet Meester, november 2020.
www.janetmeester.nl


v2